ZUIDLANDS GEZIN VAN ELF PERSONEN IN LEIDEN GEËVACUEERD

Moeder Molengraaf: “Wij zijn alles kwijt, doch onze rijkdom (8 kinderen) hebben wij bij ons…”Verschenen in het Leids Dagblad, 1953(eerder verschenen in Nieuwsbrief 108 (maart 2019) Een Zuidlands gezin – vader, moeder, 8 kinderen en een 75 jarige schoonvader – dat sinds zondagochtend 6 uur van have en goed is verdreven en in klemmende spanning […]

Moeder Molengraaf: “Wij zijn alles kwijt, doch onze rijkdom (8 kinderen) hebben wij bij ons…”
Verschenen in het Leids Dagblad, 1953
(eerder verschenen in Nieuwsbrief 108 (maart 2019)

Een Zuidlands gezin – vader, moeder, 8 kinderen en een 75 jarige schoonvader – dat sinds zondagochtend 6 uur van have en goed is verdreven en in klemmende spanning door het steeds wassende water werd achtervolgd, zit thans rond de kachel in het Leidse Herv. Tehuis voor ouden van dagen aan de Kaarsenmakerstraat, waar het omringd wordt door de zorgende liefde van directeur, personeel en verpleegden van dit Tehuis. De radio staat aan en met een hart vol dank over zo veel ontvangen naastenliefde en dat allen gespaard bleven, volgt men de berichten over het land, over de provincie, over het eiland, waar vader en moeder Molengraaf zijn getogen en waar eens de wieg van al hun kinderen stond. Zullen zij het terugzien….. en hoe…..?

En dan volgt een triest verhaal van alle ellende, die zij op hun vlucht hebben gezien, Verdronken land water en nog eens water, waarin en waarop velen honderden een doodstrijd strijden…..
De stem stokt als moeder Molengraaf ons hier over vertelt….. Het gezin Molengraaf is het eerste gezin, dat langs officiële weg in Leiden evacueert. Maandagochtend had men het geluk, dat het hele gzin – opa B. v.d. Engel woont reeds vele jaren bij het gezin in – in een bus van Leidse studenten, die naar de Sleutelstad terugkeerden, mee kon rijden. Half twaalf arriveerde men in Leiden, waar het gezin naar het bureau van de Sociale Raad in de Nieuwsteeg werd verwezen.

Teneinde het gezinsverband niet te verbreken, werd ingegaan op de aanbieding van het Tehuis voor Ouden van Dagen. Om één uur hier gearriveerd, zat men reeds een kwartier later achter een warme maaltijd. De laatste was Zaterdagmiddag in eigen huis gebruikt. Zondagochtend in de vroegte, door het uitvallen van de electrische stroom moest alles in het donker geschieden, wierp men nog een laatste blik op de vertrouwde omgeving. Op de meubeltjes, de familie foto’s, de bedjes van de kinderen. Het water had het huisje reeds omspoeld tien minuten later stond het al in de kamer en de keuken.
Vluchten, weg van hier…. Slechts enkele kledingstukken – de kinderen trokken twee truitjes aan – konden worden meegenomen. De eerste gedachte was naar Heenvliet, waar familie woonde. Schuifelend, voetje voor voetje, elkaar vasthoudend en tot de knieën door het water wadend, werd de tocht gemaakt. Opa, die drie maanden niet uit huis was geweest en voor wiens gezondheid door deze overijlde tocht werd gevreesd moest mee. In Heenvliet vond men een gastvrij onthaal, doch ook deze gemeente ligt in de gevaren-zône. En zo ging men Maandagochtend weer verder. Enkele kinderen werden reeds vooruit gestuurd. “Wij komen direct, ga al vast maar naar de kom van het dorp”, zei vader Molengraaf, 48 jaar en werkzaam in de vlasfabriek in Zuidland. De kinderen gingen doch plotseling werd hen de stroom van het water te sterk en besloten zij, geklommen op een gestrande vrachtauto de komst van Vader en Moeder af te wachten.

VADER ….. MOEDER…..
Minuten schene uren. De kinderen werden ongerust en riepen om Vader en Moeder. Hun ijle stemmetjes klonken over het reeds wassende water en het was Moeder, die het angstgeroep van haar kinderen hoorde….. Stuk voor stuk haalde Vader Molengraaf de kinderen uit hun benarde positie. Het gezin was weer vereend….. en voort ging het….. Dank zij grote inschikkelijkheid van de Leidse studenten, die zich ook tijdens de tocht ware mensenvrienden toonden, kon het gezin mee in de bus naar Leiden.

ALLES KWIJT EN TOCH RIJK…..
Nu zit het gezin in Leiden. Dankbaar over zo veel ontvangen goedheid. “Ik dacht”, aldus vertrouwde ons de heer Molengraaf toe, “dat de naastenliefde zoek was, doch nu weet ik wel anders. Wat zijn alle mensen goed voor ons”. En moeder Molengraaf vult dit aan en zegt, wijzend op haar acht kinderen, “wij zijn alles kwijt en toch hebben wij onze rijkdom bij ons …..”. Veel denk ik aan huis en aan het onnoemelijk leed, dat anderen in deze dagen meemaken en dan zeg ik, och wat hebben wij feitelijk meegemaakt….

LANGS DE BEDJES…..
Gisterenavond zijn vader en moeder nog even langs de bedjes van hun jongste spruiten – de jongste is vier – gegaan. Wij stonden er, aldus de vader met een hart vol dank en onwillekeurig schoot mij het Bijbelse woord in de gedachte: Eer wij roepen, zal de Here antwoorden…
Spontaan hebben de verpleegden en het personeel gisterenavond nog een collecte voor de familie Molengraaf gehouden en hedenochtend kon de directeur een enveloppe met f. 88,50 aan de dankbare vader ter hand stellen…..